Tijdens droge zomerperiodes wordt er in de provincies rondom het IJsselmeer water aangevoerd, onder andere voor het op peil houden van de grondwaterstanden en beregening ten behoeve van de landbouw. In de meeste zomers is de buffercapaciteit van het IJsselmeer voldoende om aan alle watervragen te voldoen, maar in extreem droge zomers kan het voorkomen dat zelfs het IJsselmeer niet kan voldoen aan de watervraag. Zulke extreem droge zomers zullen naar verwachting steeds vaker voorkomen als gevolg van klimaatverandering.
Tijdens periodes van waterschaarste is een optimale verdeling van zoetwater van groot belang. Om te komen tot een optimale verdeling van zoetwater moeten eerst de watervragen van de regio’s rondom het IJsselmeer inzichtelijk gemaakt worden. Deze watervragen kunnen verschillen door ruimtelijke verschillen in neerslagtekort, maar ook door verschillen in gebruiksfuncties (peilhandhaving voor behoud van de stabiliteit van waterkeringen, beregening van kapitaalintensieve teelten, proceswater voor de industrie, etc.).
Wanneer de watervraag van de verschillende regio’s in beeld is gebracht en het wateraanbod bekend is, kunnen ook de watertekorten berekend worden. Watertekorten kunnen evenredig over de regio’s en functies worden verdeeld, maar omdat bepaalde functies waardevoller zijn dan andere is er in 2009 een landelijke prioritering opgesteld. Deze prioritering wordt de ´verdringingsreeks´ genoemd. Het uitgangspunt van de verdringingsreeks is dat de economische en maatschappelijke schade van het watertekort geminimaliseerd wordt.
Binnen de categorieën 3 en 4 van de landelijke verdringingsreeks is er ruimte voor regionale prioritering. Bij uitwerking van de regionale prioritering voor Noord-Nederland is de inschatting van de economische en maatschappelijke schade gemaakt op basis van de beschikbare kennis en deskundigheid van de werkgroep. Er is echter behoefte om deze inschatting te kunnen kwantificeren, zowel om de juiste keuze voor de waterverdeling te kunnen maken als wel om de prioritering uit te kunnen leggen aan de belanghebbenden. Ook is er de behoefte om de gevolgen van andere prioriteringen in beeld te kunnen brengen.
Om de watervraag van een van de regio’s rond het IJsselmeergebied in beeld te brengen, zal een pilot uitgevoerd worden in het beheersgebied van waterschap Hunze en Aa’s. Met het ontwikkelde instrumentarium zullen een aantal scenario’s voor waterverdeling doorgerekend worden. Op die manier zal onderzocht worden hoe het water optimaal toebedeeld kan worden aan de
gebruiksfuncties, waarbij de economische en maatschappelijke schade geminimaliseerd wordt. De watervraag, watertekorten en schade onder verschillende waterverdelingen zullen in beeld gebracht worden voor de droge zomer van 2013.
Wanneer deze pilot veelbelovende resultaten oplevert, kan deze uitgebreid worden naar de gehele zoetwaterregio IJsselmeergebied, waarbij de onderlinge verdeling van het wateraanbod tussen de regionale waterbeheerders rondom het IJsselmeer geoptimaliseerd wordt. Het resultaat van de pilot is een bouwsteen om Slim Watermanagement in de praktijk te brengen.
Gerelateerde publicaties
2017 - FutureWater Report 163
Pilot optimalisatie waterverdeling Hunze en Aa’s
De Boer, F.S., M. de Klerk, G. Simons, P. Droogers